Ontdekking van lichamen en skeletresten in Herculaneum in de nasleep van 79 na Christus

Wetenschappers denken dat de intense hitte van de uitbarsting spontane reflexen veroorzaakte bij de slachtoffers, wat resulteerde in thermisch geïnduceerde samentrekkingen van het lichaam, of het strak vastklemmen van ledematen en spieren. De hitte kan ook breuken en schedelontploffingen hebben veroorzaakt, die zwartgeblakerde sporen achterlieten op de botten van de slachtoffers. Aangenomen wordt dat het lichaam op deze manier reageert bij temperaturen boven de 400-500℃. De resulterende thermische schok verdampte hun lichamen, waardoor ze op slag dood waren. Veel botten die hier zijn gevonden zijn ook roodachtig van kleur, wat duidt op het bloed dat uit de lichamen van de slachtoffers is gespoeld. Deze processen verliepen echter erg snel en het was niet waarschijnlijk dat mensen de vernietiging in elk stadium voelden. Later zou hete as de skeletten van de slachtoffers conserveren.

De skeletten van het boothuis van Herculaneum geven een gruwelijk beeld van de laatste momenten van de slachtoffers. Onder de lichamen werd een moeder gevonden die haar jonge zoon troostte, en een 'Dame met de ringen', zo genoemd vanwege de ringen en kostbare juwelen die om haar heen werden gevonden. Er lagen ook de resten van een zwangere moeder, met de kleine botjes van haar zeven maanden oude foetus onder haar. Ook werd het skelet van een man gevonden die een kleine leren tas vasthield (waarin vermoedelijk zijn waardevolle spullen zaten).

De overblijfselen van een officier die een reddingsmissie uitvoerde werden ook gevonden in Herculaneum. Hij zou zijn gestuurd door de historicus en marinecommandant Plinius de Oudere. Bewijs dat wijst op zijn hoge rang is de vondst van zijn dolk, gouden munten en versierde gouden en zilveren riem. Hij had ook een tas met gereedschap, wat erop wijst dat hij een timmermanopleiding heeft gehad. Helaas werd zijn missie niet voltooid.